In een tijd van nationale vertwijfeling lijkt er ruimte te komen voor een ander soort spits. Vincent Janssen (21) laat bij AZ en Jong Oranje zien dat er niets mis is met het betere sleurwerk. ‘Ik wil niet één kunstje beheersen.’
En nu is daar dus Vincent Janssen. Opgeleid door NEC en Feyenoord. Doorgegroeid bij Almere City FC. Het kan geen toeval zijn dat in een tijd van crisis een zeldzaam soort spits op de Nederlandse velden weer wordt omarmd. ‘Het gaat nu slecht en de Patrick Kluiverts breken niet meer door’, zegt Janssen. ‘Dan gaan mensen kennelijk iets anders zoeken en proberen. Je kunt je ook afvragen of je altijd maar moet doorgaan op dezelfde manier. Want ik denk niet dat het de laatste tijd veel succes heeft opgeleverd.’
Uit een VI-analyse kwam recentelijk naar voren dat Janssen eigenlijk de enige van zijn lichting is die een aanvaardbaar niveau haalt. ‘Misschien vragen we wel te veel’, zegt hij. ‘Ik denk dat het handig is als je ook iemand in je selectie hebt die een bal kan vasthouden, of bij een achterstand iets kan forceren. Een team heeft daar baat bij.
Vaak werd er getwijfeld aan spelers zoals Janssen. Zijn vier jaar bij Feyenoord sloot hij af met de topscorerstitel in de landelijke A-junioren-competitie. Toch moest hij vertrekken. Wat hij verkeerd deed, wist Janssen niet. Het was slechts een korte mededeling. We gaan niet met je verder. De keuze van de opleiders was gevallen op Wessel Dammers. Die speelt nu ironisch genoeg op huurbasis bij SC Cambuur en is omgevormd tot centrale verdediger.
Janssen: ‘Ik was de spits die sleurde en meer op kracht speelde. Het is hun goed recht om niet met mij door te gaan. Ik was natuurlijk gehaald met het idee dat ik ooit in De Kuip zou spelen. Die verwachting is niet uitgekomen. Toen vond ik het eerlijk gezegd ook wel prima. Ik heb mooie dingen meegemaakt, maar ook tegenslagen gekend en op de bank gezeten. Ik wilde gewoon weer ergens het vertrouwen krijgen en veel minuten maken.’
Mounir El Hamdaoui kan het steeds beter vinden met de noeste werker Janssen, die zich geen seconde druk heeft gemaakt toen El Hamdaoui aan de selectie werd toegevoegd. ‘Totaal niet’, zegt hij. ‘De trainer hoeft echt niet te verklaren waarom hij een nieuwe spits haalt. Mounir heeft meegetraind, liet meteen zien wat hij kan. Iedereen had dezelfde gedachte. Er komt wel iemand binnen. Ik kan ontzettend veel van hem leren. Als hij het team naar een hoger niveau brengt en dat gaat ten koste van mij, zou ik dat nog kunnen accepteren ook. Dan moet ik zelf maar beter worden. Maar zo zag ik het niet eens. Ik had gelijk het idee dat wij een prima koppel zouden kunnen vormen. Ik hou ervan als iemand onder mij speelt, zodat ik de balletjes breed kan leggen.’
Zaterdag speelde Janssen zijn beste wedstrijd van het seizoen, vindt Van den Brom. ‘Aanspeelbaar, balvast, goed in de kaats, twee goals en één assist. Dan ben je een heel complete spits.’ De eerste zeven competitieduels waarin de Brabander droog bleef staan, zijn allang vergeten. Dat hij zijn plaats niet verloor, heeft te maken met vertrouwen. Van den Brom: ‘Ik zie zijn potentie. Gemakzucht is hem vreemd. Vincent werkt kei- en keihard. Daar kun je hem nooit op aanspreken. Voor een trainer is dat ideaal. In de voorbereiding scoorde hij aan de lopende band. In de Europa League maakte hij er twee. In de competitie lukte het niet en je zag dat Vincent daarmee worstelde. Dan kun je twee dingen doen: wisselen of hem laten staan. Voor mij is het niet eens een discussiepunt geweest. Na het vertrek van Aron Jóhannsson is hij onbetwist de eerste spits.’
De aanwezigheid van Van den Brom was voor Janssen weer een belangrijke reden om voor AZ te kiezen. Een vergelijkbare klik heeft hij met Fred Grim, de voormalige coach van Almere City en tegenwoordig verantwoordelijk voor Jong Oranje. ‘Het is hun benadering. Duidelijk en menselijk. Ze kunnen je op je plek zetten, maar dan komen ze het je later uitleggen. Je gaat altijd met een goed gevoel naar huis. Iedereen die met John heeft gewerkt, was positief over hem. Als het even wat minder gaat en je wordt gepasseerd, zijn er veel spelers die denken: klotetrainer. Ergens is dat best logisch. Maar bij Almere heb ik ook een tijdje op de bank gezeten en dat slikte ik toch altijd. Ik dacht alleen maar: ik ga ervoor zorgen dat ik weer in de basis kom. Het klinkt misschien als een cliché, maar zo was dat bij Grim. En zo is het nu opnieuw.’
Janssen – ‘Mentaliteit is ook een talent’ – is bezig aan een opmerkelijke reeks. Op vier fronten kwam hij tot 28 wedstrijden, vijftien doelpunten en vier assists. ‘Ik denk dat het meer goals hadden kunnen zijn. Aan de andere kant: je komt uit de Jupiler League, debuteert in de Eredivisie en in de Europa League en dan komt Jong Oranje er nog bij… Zeg het maar. Zolang ik voel dat ik mezelf ontwikkel, ben ik tevreden. Het ritme is nieuw voor mij, maar ik zit er wel lekker in. In het begin vond ik het vooral mentaal zwaar. In de Jupiler League kon je drie dagen over een wedstrijd blijven mijmeren. Nu staat gelijk de volgende alweer voor de deur. Moet je even aan wennen. Op de een of andere manier heb ik vrij snel een goede balans gevonden tussen spelen, trainen en rusten.’
Afgelopen donderdag keerde hij terug uit Slowakije, met twee interlands in zijn gespierde benen. Tegen Heerenveen trok hij weer negentig minuten vol door. Zelfs in blessuretijd joeg hij in zijn besmeurde tenue nog op een verdwaalde bal. ‘Ik heb nooit extra krachtraining gedaan omdat ik supersterk wilde zijn. Ik ben gewoon stevig gebouwd. Soms heb ik het idee dat ik nog te veel bezig ben met de duels. Dat ik mijn energie beter moet verdelen, omdat ik dan ergens kracht tekortkom. Maar ik ben wel iemand die zijn teamgenoten niet aan hun lot wil overlaten. Ik vind het soms echt lekker om dertig meter achter een back aan te rennen en dan met een sliding die bal te veroveren. Dan hoor ik het publiek klappen. Vind ik heerlijk. Het sleuren hoort bij mij. Ik wil niet één kunstje beheersen. Ik wil aanspeelpunt, aanjager én afmaker zijn.’
Zijn treffer tegen Vitesse (8 november, 0-2) is exemplarisch voor de spits Vincent Janssen. Op kracht schiep hij in het strafschopgebied de ruimte om weg te draaien en de bal met links diagonaal binnen te schieten. Geen seconde verloor hij de controle. Janssen is dan ook veelzijdiger dan menigeen op het eerste gezicht denkt. Bij Almere City maakte het niet uit of Fred Grim een speelwijze met twee of drie aanvallers hanteerde. John van den Brom experimenteerde zelfs met drie verschillende systemen. Daarnaast is Janssen tweebenig. Wanneer hij zich met de rug naar het doel breed maakt, weet zijn tegenstander nooit naar welke kant hij zwenkt. Zaterdag was hij twee keer trefzeker met links. In Slowakije gaf hij eerst een splijtende crosspass met rechts, liep door en schoot daarna de bal effectvol met hetzelfde been in de bovenhoek.
‘Als je puur linksbenig bent, lukt dat niet’, zegt hij. ‘Ik ben blij dat ik het mezelf heb aangeleerd. Met rechts was ik vroeger altijd iets beter. In Rotterdam woonde ik samen met de Poolse keeper Kamil Miazek. Anderhalf jaar deden we na trainingen niets anders dan afwerken. Links, links, links. Op een gegeven moment is je trap zó vast dat je zelfs een penalty met links zou kunnen nemen. In het voetbal van vandaag krijg je steeds minder tijd, dus dan is het sowieso een voordeel dat je zonder na te denken beide benen kan gebruiken.’
In de thuiswedstrijd tegen Partizan Belgrado strijdt hij voor de laatste kans in de Europa League. Op dat niveau heeft Janssen alweer acht duels in de basis achter de rug. Daardoor ben je geneigd te vergeten dat hij nog maar een half jaar geleden in de Jupiler League speelde. ‘Dat ik het zo snel heb opgepikt, verrast me wel een beetje. Niet dat ik twijfelde aan mezelf, maar ik wist niet zo goed wat ik moest denken. Is het wat compacter allemaal? Hoe creëer ik mijn ruimte? Hoe groot is de stap echt? Nu sta ik er en merk ik aan mezelf dat ik helemaal niet geïmponeerd ben door een ploeg als Athletic de Bilbao. Ik vind het alleen maar mooi. Als je Raúl García voorbij ziet lopen, denk je wel even: Oh ja, jou heb ik vorig jaar nog met Atlético Madrid tegen Barcelona zien spelen. Toen keek ik tv. Ik heb respect voor zulke spelers. Maar geen ontzag. Bij mij is het dan meteen weer: knop om en knallen.’
Fred Grim: ‘Zijn volgende stap lag voor de hand’
‘Het klinkt misschien raar, maar ik had niet anders verwacht’, zegt Fred Grim over de ontwikkeling van Vincent Janssen. De huidige coach van Jong Oranje haalde de spits twee jaar geleden van Feyenoord naar Almere City FC. ‘Halverwege vorig seizoen was er al genoeg interesse voor hem. Heel bewust heb ik toen gezegd: Probeer nog zeker een half jaar te investeren. Er kwam meer druk op wedstrijden te liggen, we gingen de nacompetitie in. Dat zou hij allemaal meenemen in zijn bagage. Gezien zijn intrinsieke motivatie lag het voor de hand dat hij de volgende stap zou maken.’
Vorige week maakte Janssen tegen Jong Slowakije (4-2 verlies) alweer zijn vijfde en zesde treffer in vijf EK-kwalificatieduels. Om de 21-jarige Brabander te omschrijven, gebruikt Grim de woorden karakter, werklust en fysieke kracht. ‘Toch heb ik hem in de A1-junioren van Feyenoord ook in voetbaltechnisch opzicht genoeg mooie dingen zien doen. Nog niet zo verfijnd, maar als je een speler haalt voor de Jupiler League weet je dat je hem beter moet zien te maken. En als dat binnen twee jaar lukt, kunnen ze een meerwaarde zijn in de Eredivisie. Dan moet je ze alleen wel even de tijd gunnen, zoals John van den Brom heeft gedaan in de periode dat Vincent even niet scoorde. Uiteindelijk is het gewoon een kwestie van geduld.’