fbpx

Penaltyonderzoeker over penaltystress: ‘Als je een paar seconden rust neemt en diep ademhaalt is de kans groter dat je scoort’

De strafschop behoort een doelpunt op te leveren, maar het lukt steeds minder vaak. De druk is groot, de kennis bij doelmannen gegroeid. En oefenen, slim en vaak, vinden trainers en spelers nog altijd niet nuttig.
 
Trainer Peter Bosz staat te boek als een man van details. Spelers moeten van hem een half metertje naar links of juist naar rechts, voor de ideale bezetting. Het veldspel moet kloppen als een symfonie. Maar als het over strafschoppen gaat, reageert hij zoals veel trainers en voetballers: niet te veel aandacht aan besteden. Zeker als er een paar een penalty’s zijn gemist. Het mag geen item worden. Bosz: ‘Een penalty moet erin. Punt.’
 
Alleen die bal gaat er niet zo makkelijk in. De laatste tien jaar worden steeds meer strafschoppen gemist in de eredivisie. Iets minder dan drie van de vier penalty’s zijn in het lopende seizoen verzilverd: 73,4 procent. Tien jaar geleden lag dat percentage op 87,8. Internationaal is dezelfde trend gaande. In de eredivisie mist Ajax het vaakst: vier van de acht strafschoppen bleven onbenut. Kampioen PSV doet het sinds kort iets beter, maar miste wel de duurste strafschoppen: twee in de Champions League. Een miljoenenstrop.
 
Het boekje van Reker
Oud-trainer Jan Reker is een van de schuldigen. Hij kwam als eerste Nederlander met een boekje waarin hij noteerde in welke hoek de vaste penaltynemers schoten. ‘Toen deed niemand dat. Nu heeft iedere keeper zijn boekje of zijn Jan Reker.’
 
De toegenomen aandacht en belangen zijn de hoofdschuldigen, denkt Reker. Een strafschop missen, raakt niet alleen de club, maar in extreme gevallen ook de carrière. Over notoire missers als Luuk de Jong en Klaas-Jan Huntelaar wordt lacherig gedaan. Op social media worden slechte strafschoppen tot in den treure herhaald. De Italiaan Simone Zaza wordt nu nog herinnerd aan zijn strafschop op het EK 2016. Zaza nam een curieus aanloopje en schoot de bal de tribune in.
 
En toch reageren veel trainers en spelers als Bosz en Cocu. ‘Je kunt die druk niet nabootsen’, meent de trainer van PSV die in huurling Siem de Jong eindelijk een, tot op heden, feilloze strafschoppennemer heeft gevonden: twee genomen, twee gescoord. De Jong krijgt geen speciale training bij PSV. Bosz laat zijn Ajacieden ook weinig op penalty’s trainen. ‘Het enige dat je kunt doen, is een speler aanwijzen die hem er wel inschiet.’
 
Hans van Breukelen snapt weinig van die opvatting. De technisch directeur van de KNVB was een illustere penaltykiller en heeft zich in de loop der jaren verdiept in het mentale aspect van sport. ‘Het bizarste is dat mensen nog steeds zeggen: het is een loterij. Er zijn zóveel onderzoeken, zóveel handvatten voorradig om ze beter te nemen.’
 
Van Breukelen wierp het wel eens op bij PSV, waar hij voor zijn betrekking bij de KNVB commissaris was. ‘Maar de trainer bepaalt. Na acht maanden bij de KNVB heb ik geleerd dat wij als bond vooral faciliteren.’ Hij zou speciale modules willen laten ontwikkelen en die in cursussen willen gieten. ‘Over alle soorten spelhervattingen, dus ook corners, vrije trappen; cruciale momenten. Hoeveel EK’s en WK’s hebben we niet verknald door die rottige strafschoppen?’
 
Hoog schieten
Druk is wel degelijk na te bootsen, meent Van Breukelen die zijn naam vestigde door cruciale strafschoppen in de Europa Cup I-finale en EK-finale te stoppen in de zomer van 1988. ‘Je moet jezelf vooraf inbeelden dat je in dat stadion staat, dan voel je je hart in je keel. Dan heb je het al een keer meegemaakt. Dat scheelt.’
 
Dan zijn er de onderzoeken. ‘Als je een meter onder de lat schiet is 98 procent raak. Lage ballen worden vaker gestopt. Maar spelers zijn bang om over te schieten. Want dat ziet er lulliger uit.’
 
Van Breukelen krijgt bijval van tv-producent, documentairemaker en penaltyonderzoeker Bernard Krikke. ‘Nederlanders zijn bange poeperds. Ze durven niet hoog te schieten. Duitsers en Brazilianen wel. Siem de Jong scoorde laatst, maar dat was gewoon een heel slechte strafschop. Veel te laag. Misschien komt het doordat Cocu op het WK’98 zelf een belangrijke strafschop miste. Dat hij het daardoor vergoelijkt.’
 
Krikke verbaast zich over de gebrekkige voorbereiding. ‘De Noorse wetenschapper Geir Jordet heeft uitgezocht dat Nederlanders hem te snel nemen, ze willen ervan af zijn. Als je een paar seconden rust neemt en diep ademhaalt is de kans groter dat je scoort. Maar ik zie ze dat in de eredivisie nauwelijks doen.’
 
Geblinddoekt oefenen
Waar blijft de strafschoprevolutie in het voetbal? Dat vraagt ook gelauwerd hockeycoach Marc Lammers zich af. ‘Als je als coach ergens invloed op kunt hebben is het op dode spelmomenten.’
 
Lammers laat zijn spelers 150 strafballen, het hockeyequivalent van strafschoppen, per week nemen om de techniek onder de knie te krijgen. ‘In twee vaste hoeken, bijvoorbeeld linksonder en rechtsboven, zodat je kunt variëren. Ze moeten die ballen er blind in kunnen pushen. Letterlijk, hè. Ze krijgen op zeker moment een blinddoek om. Zo zakt ook de mentale druk, omdat je weet dat je ergens op kan vertrouwen.’
 
Natuurlijk is er het rumoer van een stadion, de druk van het moment. ‘Je moet in jezelf praten: ik ga hem maken.’ Nog een tip: visualiseer je beste trap. ‘Als het putten bij topgolfer Joost Luiten niet loopt, gaat hij beelden terugkijken van zijn beste puts. Die visualiseert hij zodat zijn hersens het gaan overnemen.’

Onderschat het verschil tussen aanvallers en verdedigers niet. ‘Aanvallers spelen vaak op gevoel, op bluf, op creativiteit. Verdedigers zijn meestal controlfreaks, denken veel na. De een moet de focus misschien vergroten, de ander de druk relativeren. Misschien zou je keepers de strafschoppen moeten laten nemen. Die hebben een goede trap, zijn het meest gewend aan druk en ze trainen toch al vaak apart van de groep.’
 
De beste strafschoppennemer van de eredivisie is een spits die amper op strafschoppen traint. Sébastien Haller schiet ze er gewoon achter elkaar in. Vaak laag, net naast de hulpeloze keeper. ‘De enige strafschop die ik miste was tegen Achilles, in een oefenduel. De focus ontbrak. Daarom train ik er ook niet vaak op.’De Utrecht-spits loert als een roofdier op zijn prooi voordat hij besluit wat te doen. ‘Ik let op iedere beweging van de keeper en dan gaat het verder op gevoel. Als hij niet beweegt? Geen probleem. Dan schiet ik hard in de hoek. Of gewoon hoog. Er is meer, maar ik ga niet alles verklappen.’
 
Toen hij als 15-jarige bij Auxerre een lange schorsing uitzat, is hij zich ‘uit verveling’ gaan verdiepen in het nemen van een strafschop. ‘Je moet geconcentreerd zijn, maar niet te veel stress ervaren. Natuurlijk voel ik ook emoties, druk. Maar missen is niet het einde van de wereld. Het lijkt even heel erg, maar daarna denk je: allez, iedereen is het over twee dagen vergeten. Helemaal als ik vandaag alsnog scoor.’ Hij bevestigt dat keepers beter zijn geworden. ‘Langer en slimmer en ze proberen je mind te beïnvloeden.’
 
Feyenoord-spits Jørgensen noemt keepers gekscherend zelfs bastards, klootzakken. ‘Ze proberen je te intimideren. Maar dat weet je. Daar moet je niet op letten.’
 
AZ-doelman Tim Krul is er beroemd door geworden. Hij steekt veel tijd in zijn preparatie. ‘Bij Newcastle United, waar ik op mijn 17de terechtkwam, kreeg ik voor het eerst statistieken. Daar kon ik ook beelden bij opvragen. En ik doe reactieoefeningen.’
 
Het meeste werk verricht hij als de nemer tegenover hem staat. Eerst analyseren. Hoe staat hij erbij? Dan gaat de lange Krul met ze praten. Dat hij weet wat ze gaan doen. Blufpoker om ze uit hun concentratie te halen.
 
Hij maakt zich onder de lat nog wat langer, zwaait met zijn armen, springt. Krul geniet ervan. Maar ook hij voelt druk. Hij werd ingebracht als speciale strafschoppenstopper in de achtste finales tegen Costa Rica op het WK 2014. Met succes. Recent stopte hij een strafschop van Cambuur-spits Barto waardoor AZ de bekerfinale bereikte.
 
Krul kreeg daarvoor doelpunt na doelpunt om zijn oren. ‘Die strafschop had ik nodig’, zei hij na afloop.
 
Alex Pastoor, coach van Sparta, is een trainer die veel traint op strafschoppen. Deels door zijn eigen ervaringen als voetbalprof. ‘Bij zaalvoetbal nam ik ze altijd. Ik stond stijf van de zenuwen, maar niemand anders wilde. Ik gaf gewoon een poeier. Niet altijd met succes.’
 
Toen hij in 2009 met Excelsior aan de nacompetitie deelnam, begon hij zich ‘als een gek in te lezen’. Promotie mislopen door strafschoppen; dat kon niet. ‘Ik sprak uitgebreid met hockeycoach Maurits Hendriks en ondervroeg echte doelpuntenmakers als Ruud van Nistelrooij. Dan kom je erachter: het is te trainen.’
 
Maak een plan
Pastoor zal niet zeggen: ‘Hij moet erin.’ Hij zegt: ‘Maak een plan wat je gaat doen en hou je daaraan.’ Hij laat zijn spelers werken aan de fysieke uitvoering, maar 150 strafschoppen per week, zoals hockeycoach Lammers aan strafballen voorschrijft, is hem te gortig. ‘Dan neemt de concentratieboog af.’
 
Meerdere malen per week is er voor of na de training een belangrijk strafschopmoment. ‘Soms moeten ze er vijf nemen. Soms maar één. Maar die ene móét erin.’ Aan een gemiste strafschop op de training zijn consequenties verbonden. ‘Beginnen met een achterstand aan de trainingspartij. Of een mop vertellen ten overstaan van de hele groep.’
 
Sparta haalde de halve finale van het KNVB-bekertoernooi door de strafschoppen beter te nemen dan Volendam. De voorbereiding was minutieus. Tijdens penaltytrainingen schalden er supportersgeluiden uit de boxen van Het Kasteel, een andere keer keiharde muziek. ‘Alles om ze uit hun comfort zone te halen. Ik heb zelfs death metal op laten zetten. Nou, ik ken geen voetballer die daarvan houdt.’
 
 
Vaker scoren uit penalty’s: cruciale tips
1. Schiet altijd hoog in de hoek van het doel 2. Oefen zo vaak op het schieten in dezelfde hoeken dat scoren ook geblinddoekt lukt 3. Neem de penalty niet te snel 4. Oefen in een ongewone sfeer (harde muziek, scheldende supporters) 5. Maak vooraf een plan en voer dat uit 6. Boots de druk na door de stress van de strafschap vooraf te visualiseren